De natuur is prachtig, maar kan ook genadeloos zijn. Toch bewijst de menselijke geest keer op keer dat het mogelijk is om de zwaarste omstandigheden te overleven. Hier zijn vijf van de meest ongelooflijke overlevingsverhalen die ooit hebben plaatsgevonden, waarin moed, vastberadenheid en een beetje geluk een hoofdrol spelen.
1. Aron Ralston: vastzitten in de woestijn (2003)
Aron Ralston’s verhaal is inmiddels wereldberoemd, mede dankzij de film 127 Hours. Terwijl hij in een afgelegen kloof in Utah aan het klimmen was, viel een enorme rotsblok op zijn arm, waardoor hij vast kwam te zitten. Zonder mogelijkheid om hulp te roepen, bracht hij vijf dagen door met minimale voorraden water en voedsel.
Op de zesde dag besefte hij dat er maar één manier was om te overleven: zichzelf bevrijden door zijn eigen arm af te snijden. Met een bot zakmes volbracht hij dit onvoorstelbare en klom hij met één arm uit de kloof.
2. Juliane Koepcke: overleven na een vliegtuigcrash (1971)
Op kerstavond 1971 stortte vlucht LANSA 508 neer boven het Peruaanse regenwoud. Juliane Koepcke, toen slechts 17 jaar oud, was de enige overlevende van de 92 passagiers. Ze overleefde een val van drie kilometer, nog vastgebonden aan haar vliegtuigstoel.
Met een gebroken sleutelbeen, diepe snijwonden en zonder extra schoenen, begon Juliane aan een negen dagen durende tocht door het gevaarlijke regenwoud. Ze volgde een stroom in de hoop hulp te vinden, waarbij ze ondanks haar verwondingen roofdieren en giftige insecten wist te ontwijken. Uiteindelijk vond ze een hut en werd ze gered door lokale boswerkers. Haar overleving wordt vaak toegeschreven aan haar kennis van het regenwoud, opgedaan door haar ouders die biologen waren.
3. Joe Simpson en Simon Yates: ontsnappen aan de Andes (1985)
In 1985 probeerden de Britse bergbeklimmers Joe Simpson en Simon Yates de Siula Grande in de Peruaanse Andes te beklimmen, een route die nog nooit eerder succesvol was bedwongen. Tijdens de afdaling brak Simpson zijn been en raakte hij volledig afhankelijk van Yates. Terwijl Yates hem met een touw naar beneden hielp, kwamen ze vast te zitten op een gevaarlijke richel.
Yates moest een hartverscheurende beslissing nemen: hij sneed het touw door om zichzelf te redden, ervan overtuigd dat Simpson het niet had overleefd. Maar Simpson overleefde. Hij viel in een ijsspleet, wist eruit te klimmen en kroop drie dagen lang terug naar het basiskamp, ondanks zijn gebroken been en uitputting. Hun verhaal werd later vastgelegd in het boek en de film Touching the Void.
4. Douglas Mawson: alleen overleven op Antarctica (1912-1913)
De Australische ontdekkingsreiziger Douglas Mawson leidde een expeditie naar Antarctica, maar raakte gescheiden van zijn teamgenoten na een tragisch ongeval. Een van zijn collega’s viel in een gletsjerspleet, samen met een slee met essentiële voorraden. Mawson stond er alleen voor, met minimale voedselvoorraden en een bevroren landschap dat geen genade kende.
Hij overleefde door sneeuw te eten om gehydrateerd te blijven en probeerde te leven van wat weinig voedsel er nog was. Zijn tocht naar de bewoonde wereld duurde meer dan een maand, waarin hij te kampen had met bevriezing en extreme uitputting, maar hij heeft het overleefd!
5. Hugh Glass: de man die een berenaanval overleefde (1823)
Hugh Glass, een pelsjager in de Amerikaanse wildernis, werd beroemd door een van de meest brute overlevingsverhalen ooit. Tijdens een expeditie in 1823 werd hij aangevallen door een grizzlybeer. Hoewel hij de beer wist te doden, liet het dier hem zwaargewond achter, met open wonden en gebroken botten.
Zijn teamgenoten, ervan overtuigd dat hij zou sterven, lieten hem achter. Maar Glass gaf niet op. Hij kroop meer dan 300 kilometer naar de dichtstbijzijnde nederzetting, met slechts een beetje water en het eten van wilde bessen en kleine dieren. Glass werd een legende in de Amerikaanse folklore en zijn verhaal inspireerde de film The Revenant.
6. Steven Callahan: 76 dagen op zee (1982)
In 1982 zeilde Steven Callahan solo over de Atlantische Oceaan toen zijn boot zonk na een aanvaring met een onbekend object. Hij wist zich te redden in een opblaasbare reddingsvlot met minimale voorraden, duizenden kilometers van de kust verwijderd. De situatie leek uitzichtloos.
Gedurende 76 dagen overleefde Callahan door regenwater op te vangen en vissen te vangen met geïmproviseerde gereedschappen. Hij moest constant vechten tegen uitdroging, honger en aanvallen van haaien. Uiteindelijk werd hij gered door vissers nabij het Caribisch gebied. Zijn verhaal, vastgelegd in het boek Adrift, is een bewijs van de menselijke wil om te overleven, zelfs in de meest onherbergzame omstandigheden.
7. Andesvliegramp
Op 13 oktober 1972 stortte een vliegtuig met 45 passagiers, waaronder een Uruguayaans rugbyteam, neer in de besneeuwde Andes. Wat volgde was een 72 dagen durende strijd om te overleven in een van de meest vijandige omgevingen op aarde. Zonder veel voedsel en met temperaturen die ’s nachts onder -30°C daalden, moesten de overlevenden alles uit zichzelf halen om te blijven leven.
In de dagen na de crash probeerden ze het wrak te gebruiken als schuilplaats tegen de kou. Het eten dat ze hadden—snoepjes, wijn en koekjes—was snel op. Uiteindelijk, en in een van de meest controversiële overlevingsbeslissingen in de geschiedenis, besloten ze het vlees van de overleden passagiers te gebruiken als voedselbron.
Twee van hen, Nando Parrado en Roberto Canessa, besloten een bijna onmogelijke tocht te maken over de Andes om hulp te zoeken. Na 10 dagen wandelen bereikten ze een bewoonde vallei in Chili, waar ze redding vonden. Uiteindelijk werden 16 van de 45 inzittenden gered.
8. Ernest Shackleton’s bemanning op Elephant Island (1916)
Tijdens de beruchte Endurance-expeditie strandde Ernest Shackleton en zijn bemanning op het ijzige Elephant Island, een afgelegen plek in Antarctica. Hun schip was eerder door het ijs verpletterd, en de mannen hadden maandenlang geprobeerd te overleven in extreme kou en met minimale voedselvoorraden.
Shackleton en vijf mannen begonnen aan een bijna onmogelijke reddingstocht: een 1.300 kilometer lange reis in een kleine reddingsboot naar Zuid-Georgië. Na weken op zee en een gevaarlijke oversteek van het eiland bereikten ze eindelijk hulp. Ondertussen overleefde de rest van de bemanning maanden op Elephant Island, totdat Shackleton terugkeerde om hen te redden. Geen van de mannen kwam om.
9. Ada Blackjack: alleen overleven op Wrangel Island (1921-1923)
Ada Blackjack, een jonge Inuit-vrouw, werd ingehuurd als naaister voor een expeditie naar Wrangel Island, een geïsoleerd en onherbergzaam gebied in het noordpoolgebied. Toen de andere expeditieleden stierven door ziekte en voedseltekorten, bleef Ada helemaal alleen achter. Ze moest overleven in barre kou met nauwelijks middelen.
Ada leerde jagen en vallen zetten, vaardigheden die ze eerder niet beheerste. Ze wist anderhalf jaar in haar eentje te overleven totdat een reddingsexpeditie arriveerde.
10. Mauro Prosperi: verdwaalt in de Sahara (1994)
De Italiaanse ultramarathonloper Mauro Prosperi raakte verdwaald tijdens de Marathon des Sables, een zesdaagse race door de Sahara-woestijn. Na een zandstorm verloor hij het parcours en kwam hij vast te zitten in een van de meest vijandige omgevingen op aarde, zonder water of richting.
Prosperi dronk zijn eigen urine om gehydrateerd te blijven en overleefde op vleermuizen en slangen die hij vond in verlaten gebouwen. Na negen dagen en meer dan 200 kilometer te hebben afgelegd, werd hij gevonden door nomaden en gered.
1 reactie
Ricky Megee heeft 71 dagen alleen in de Australische outback rondgedwaald voor hij gered werd