Turnen is een sport die kracht, behendigheid, precisie en artistieke expressie combineert op een manier die de grenzen van het menselijke lichaam voortdurend opzoekt. In deze lijst kijken we naar de tien beste turners aller tijden
1. Simone Biles (VS)
Als het over turnen gaat, is er één naam die iedereen onmiddellijk herkent: Simone Biles. Met maar liefst 32 Olympische en wereldkampioenschapsmedailles wordt ze door velen beschouwd als de beste turnster ooit.
Haar ongeëvenaarde combinatie van kracht, techniek en durf heeft geleid tot meerdere sprongen en bewegingen die naar haar vernoemd zijn. Wat Biles uniek maakt, is haar vermogen om keer op keer risico’s te nemen met ongelooflijk moeilijke routines, en ze bijna altijd foutloos uit te voeren.
2. Nadia Comăneci (Roemenië)
Nadia Comăneci is de eerste turnster die een perfecte score van 10.0 behaalde op de Olympische Spelen van 1976 in Montreal. Deze prestatie is legendarisch en veranderde het gezicht van de sport voorgoed.
Comăneci’s artistieke flair en gratie in combinatie met haar technisch perfecte uitvoering maakte haar een icoon in de gymnastiekwereld.
3. Sawao Kato (Japan)
Sawao Kato wordt beschouwd als een van de beste mannelijke turners aller tijden. Tijdens zijn carrière won hij maar liefst 12 Olympische medailles, waarvan 8 gouden. Kato domineerde de gymnastiek in de jaren ’60 en ’70, waarbij hij zowel in individuele als teamwedstrijden schitterde.
Zijn kracht lag in zijn veelzijdigheid, aangezien hij op vrijwel elk toestel excelleerde, van de vloer tot het paard met bogen en de rekstok. Zijn vermogen om onder druk te presteren leverde hem het respect en de bewondering op van zowel tegenstanders als fans. Kato’s precisie en discipline maakten hem een onmiskenbare grootheid in de turngeschiedenis.
4. Larisa Latynina (Sovjet-Unie)
Larisa Latynina was de dominante kracht in de vrouwelijke gymnastiek tijdens de jaren ’50 en ’60. Ze won in totaal 18 Olympische medailles, waaronder negen gouden, een record dat meer dan 40 jaar standhield. Latynina combineerde elegantie en kracht met een ijzeren discipline en precisie. Haar succes zette de toon voor de Sovjet-dominantie in het internationale turnen en ze wordt vaak gezien als de eerste grote ster van de moderne sport.
5. Nikolai Andrianov (Sovjet-Unie)
Met 15 Olympische medailles, waarvan 7 gouden, is Nikolai Andrianov een van de meest gedecoreerde mannelijke turners in de geschiedenis. Hij was dominant in de jaren ’70 en onderscheidde zich door zijn krachtige sprongen en indrukwekkende prestaties op de vloer en de rekstok.
Andrianov had een enorme invloed op de Sovjet-school van gymnastiek en was bekend om zijn explosieve kracht en atletisch vermogen. Zijn veelzijdigheid en consistentie op elk toestel maakten hem een van de meest gevreesde concurrenten van zijn tijd.
6. Boris Shakhlin (Sovjet-Unie)
Boris Shakhlin was een van de beste mannelijke turners in de jaren ’50 en ’60 en won in totaal 13 Olympische medailles, waaronder 7 gouden. Shakhlin stond bekend om zijn rustige, beheerste stijl en zijn ongelooflijke precisie.
Hij was een ware alleskunner en excelleerde in de meerkamp, waar hij zijn veelzijdigheid op de verschillende toestellen liet zien. Zijn elegantie en technische perfectie maakten hem tot een favoriet bij zowel juryleden als fans.
7. Vera Caslavska (Tsjecho-Slowakije)
Vera Caslavska was een van de grootste vrouwelijke turnsters van de jaren ’60 en een van de weinige atleten die zowel in haar thuisland als wereldwijd geliefd was vanwege haar buitengewone prestaties en politieke moed.
Caslavska won 11 Olympische medailles, waaronder 7 gouden, en was vooral beroemd om haar krachtige vloeroefeningen en elegante bewegingen op de evenwichtsbalk.
Tijdens de Olympische Spelen van 1968 in Mexico-Stad liet ze meer dan alleen haar sportprestaties zien: haar stille protest tegen de Sovjetbezetting van Tsjecho-Slowakije maakte haar tot een symbool van vrijheid en onafhankelijkheid.
8. Viktor Tsjoekarin (Sovjet-Unie)
Viktor Tsjoekarin is een van de grootste namen in de geschiedenis van het turnen, vooral vanwege zijn dominantie in de jaren ’50. Met 11 Olympische medailles, waarvan 7 gouden, was Tsjoekarineen van de meest succesvolle turners van zijn tijd.
Zijn carrière kwam op gang na de Tweede Wereldoorlog, en zijn prestaties tijdens de Olympische Spelen van 1952 en 1956 zijn legendarisch. Chukarin was een atleet die kracht en controle combineerde met een bijna ongeëvenaarde consistentie. Zijn comeback na gevangenschap in een Duits concentratiekamp tijdens de oorlog maakt zijn verhaal nog indrukwekkender en zijn prestaties nog meer bewonderenswaardig.
9. Vitaly Scherbo (Sovjet-Unie/Belarus)
Vitaly Scherbo schreef geschiedenis op de Olympische Spelen van 1992, toen hij maar liefst zes gouden medailles won – de meeste ooit door een turner op één enkele Olympiade.
Scherbo was een allround turner met een uitzonderlijke veelzijdigheid op alle toestellen. Zijn indrukwekkende vermogen om onder druk te presteren, evenals zijn technische finesse, maken hem tot een van de grootste mannelijke turners aller tijden.
10. Olga Korbut (Sovjet-Unie)
Olga Korbut betoverde de wereld tijdens de Olympische Spelen van 1972, waar ze vier medailles won, waaronder twee gouden. Korbut was een pionier in de sport en introduceerde nieuwe, risicovolle bewegingen die tot op dat moment ongezien waren.
De ‘Korbut-flip,’ een spectaculaire beweging op de evenwichtsbalk, was destijds revolutionair. Hoewel haar carrièreglans kort was, inspireerde ze een hele generatie meisjes om met turnen te beginnen en heeft ze blijvende invloed gehad op de sport.