Dinosaurussen zijn misschien wel de meest fascinerende wezens die ooit op onze planeet hebben geleefd. Hun grootte, diversiteit, angstaanjagendheid en onverwachte eigenschappen blijven wetenschappers en liefhebbers boeien. Hieronder volgen tien intrigerende weetjes over deze prehistorische reuzen, die licht werpen op hun verbazingwekkende wereld.
1. Technisch gezien zijn vogels dinosaurussen

De vroegste ontdekking die deze connectie tussen vogels en dinosaurussen aantoonde, was de Archaeopteryx, ontdekt in Engeland in de jaren 1850.
Hoewel de connectie pas ongeveer een eeuw later serieus werd genomen, zijn vogels opmerkelijk vergelijkbaar met dinosaurussen qua anatomie en evolutionaire lijn. Theropoda dinosaurussen staan bekend om hun wensbeenderen, die tegenwoordig alleen bij vogels worden gevonden.
2. Pterosauriërs, Mosasauriërs, Plesiosaurus en Ichthyosauriërs zijn geen dinosaurussen

Het is een veelvoorkomend misverstand, maar deze dieren zijn niet hetzelfde als dinosaurussen. In de prehistorie leefde veel verschillende dieren en de dinosaurussen waren een subgroep.
Deze groepen omvatten vliegende reptielen en grote zeereptielen die in dezelfde periodes als dinosaurussen leefden, maar ze behoren tot verschillende biologische categorieën.
3. Dinosaurussen waren meer warmbloedig dan koudbloedig
Ze lijken misschien qua uiterlijk op reptielen, maar dinosaurussen waren snelle, actieve dieren, vooral die in de Theropoda-lijn. Dinosaurussen hadden een snelle stofwisseling, wat vooral duidelijk is bij sauropoden die ongeveer 20 uur per dag moesten besteden aan het eten van planten om hun lichaam te onderhouden.
Deze ontdekking heeft geleid tot een heroverweging van hoe we dinosaurussen zien, van traag en log naar actief en behendig.
4. Veel dinosaurussen hadden veren of pluimen

Veel dinosaurussen hadden veren. Dit is een vrij nieuwe ontdekking, maar ook een die steeds meer mainstream wordt. De meeste Maniraptora-dinosaurussen staan bekend om hun veren. Zelfs de Tyrannosaurus wordt verondersteld op sommige plaatsen een soort verenbedekking te hebben gehad.
Deze ontdekking heeft ons beeld van dinosaurussen veranderd van de geschubde reuzen die vaak in populaire media worden afgebeeld, naar wezens die mogelijk meer op grote, exotische vogels leken.
5. Dinosaurussen werden geclassificeerd in twee ordes, Saurischia en Ornithischia
Dinosaurussen zijn ingedeeld in twee hoofdgroepen, namelijk Saurischia en Ornithischia. Deze classificatie is gebaseerd op de structuur van hun heupen: Saurischia-dinosaurussen hebben heupen die lijken op die van huidige hagedissen, terwijl Ornithischia-dinosaurussen heupen hebben die meer overeenkomen met die van vogels. Deze indeling helpt wetenschappers om de enorme verscheidenheid aan dinosaurussen beter te begrijpen en hun evolutionaire relaties te ontrafelen.
6. De vroegste ontdekkingen van dinosaurusresten dateren van ongeveer 2.000 jaar geleden

De vroegste ontdekkingen van dinosaurusresten kunnen worden herleid tot ongeveer 2.000 jaar geleden in China, waar deze fossielen vaak werden geïnterpreteerd als ‘drakenbotten’.
In 1677 beschreef de Brit Robert Plot een groot dijbeen, dat later werd erkend als behorend tot een Megalosaurus. Destijds werd gedacht dat het afkomstig was van een Romeinse olifant of een menselijke reus.
Het was pas in 1822, toen Mary Ann Mantell en haar echtgenoot Gideon Mantell de overblijfselen van een Iguanodon ontdekten, dat er serieuze overweging werd gegeven aan het bestaan van een geheel nieuw type dier.
7. De term “Dinosaurus” werd bedacht in 1842
In 1842 waren er drie dinosaurussen benoemd: Megalosaurus, Iguanodon en Hylaeosaurus, allemaal ontdekt in Engeland. De term “Dinosaurus”, wat “Verschrikkelijke Hagedis” betekent in het Oudgrieks, werd bedacht door de biologische wetenschapper Richard Owen.
Hij koos deze naam omdat de drie soorten die hij herkende groot waren voor een reptiel en speculeerde dat dinosaurussen van nature zeer grote dieren moesten zijn geweest.
8. Dinosaurussen hadden een kort leven
Ondanks hun indrukwekkende kenmerken en relevantie in de prehistorie, leefden dinosaurussen verrassend kort. Terwijl krokodillen tot 70-100 jaar kunnen leven en olifanten 60-70 jaar, leefden de meeste dinosaurussen niet langer dan 10-30 jaar.
Hadrosauriërs groeiden bijvoorbeeld zeer snel en stierven rond de 10 jaar. De oudste Tyrannosaurus-resten die natuurlijk zijn gestorven, worden geschat op ongeveer 28 jaar. Zelfs de gigantische sauropoden bereikten slechts een leeftijd van ongeveer 50 jaar.
9. Dinosaurussen konden niet brullen
Denk eens aan een Tyrannosaurus rex, niet als een brullend monster, maar eerder als een groot wezen dat diepe, grommende geluiden maakt, vergelijkbaar met een krokodil of een diepe vogelroep. Wetenschappers hebben ontdekt dat onze traditionele voorstelling van brullende dinosaurussen misschien niet klopt. Dit komt omdat zachte weefsels zoals stembanden zelden bewaard blijven in fossielen, waardoor het lastig is om te weten hoe dinosaurussen echt klonken.
Interessant genoeg maken vogels, de directe afstammelingen van dinosaurussen, geluiden met een syrinx, een uniek vogelorgaan, en niet met een larynx zoals zoogdieren. Dit suggereert dat dinosaurussen misschien ook geen larynx hadden voor het brullen. In plaats daarvan zouden ze misschien geluiden hebben gemaakt door lichaamsdelen te trillen of door geluiden te resoneren in hun grote lijven, wat een heel ander beeld oproept van deze prehistorische reuzen.
10. Dinosaurussen hadden een enorme variëteit aan groottes
De kleinste bekende dinosaurus is de Microraptor, die slechts ongeveer de grootte van een kraai had. Aan de andere kant van het spectrum staat de Argentinosaurus, een van de grootste dinosaurussen, die tot 30 meter lang kon worden en tot 100 ton kon wegen. Deze enorme variatie in grootte toont de ongelooflijke diversiteit en aanpassingsvermogen van dinosaurussen aan verschillende ecologische niches.