De mythologie staat vol met verhalen over bizarre en wrede straffen die door goden aan stervelingen en andere goddelijke wezens werden opgelegd. Deze straffen waren vaak bedoeld als waarschuwingen of lessen en weerspiegelden de waarden en overtuigingen van de samenlevingen waaruit ze voortkwamen.
Prometheus – Vastgebonden aan een rots waar een adelaar elke nacht opnieuw zijn lever opeet
In de Griekse mythologie werd Prometheus gestraft door Zeus voor het geven van vuur aan de mensheid en voor zijn opstandigheid. De straf voor Prometheus was dat hij werd vastgeketend aan een rots aan de zijkant van een berg. Elke nacht kwam een adelaar en pikte zijn buik open en at van zijn lever. Zijn lever herstelde overdag, zodat de adelaar elke nacht weer kon terugkeren.
Uiteindelijk werd hij bevrijd door Chiron, een centaur die zijn leven gaf voor dat van Prometheus, en Heracles, die de adelaar doodde.
Tantalus – Voor eeuwig in de onderwereld en net niet bij eten en drinken kunnen
Tantalus was een zoon van Zeus en een favoriet van de goden, totdat hij hun vertrouwen op een gruwelijke manier schond. Om zijn status en de gunst van de goden te testen, nodigde hij hen uit voor een maaltijd waarbij hij zijn eigen zoon, Pelops, slachtte en aan hen serveerde. De goden, direct bewust van deze afschuwelijke daad, weigerden het vlees te eten, behalve Demeter, die in gedachten verzonken een stuk at.
Als straf voor zijn ondenkbare misdaad werd Tantalus naar Tartarus gestuurd, de diepste afgrond van de onderwereld. Daar onderging hij een eeuwige straf: hij stond in water dat tot zijn kin reikte, maar elke keer als hij bukte om te drinken, trok het water zich terug. Boven zijn hoofd hingen vruchten die net buiten zijn bereik waren. Telkens als hij probeerde te eten, werden de vruchten door de wind weggeblazen. Zo werd Tantalus gekweld door eeuwige honger en dorst, een straf die zijn naam gaf aan het woord ’tantaliseren’, wat verwijst naar een onbereikbaar verlangen of een vruchteloze inspanning.
Ixion – Voor altijd vastgebonden op een brandend wiel
Op een dag nodigde Zeus Ixion uit naar Olympus als gast. De domme sterveling was aangetrokken tot Hera, Zeus’ vrouw, en probeerde haar te verleiden. Zeus besloot Ixion’s loyaliteit te testen en maakte een kopie van zijn vrouw. Ixion viel ervoor en bevruchtte de nep-Hera, die later het monster Centaurus baarde. Zeus sloeg Ixion met zijn krachtige bliksemschicht en bond hem aan een brandend wiel dat eeuwig zou blijven draaien. Ixion werd gedwongen de woorden “Betaal je weldoener vaak terug met zachte gunsten” eeuwig te herhalen.
Lamia – Veranderd in een kinder verslindend monster
Zeus, de koning van de goden, was geen erg trouwe echtgenoot. Vele van zijn minnares (vrijwillig of gedwongen) werden betrapt door Zeus’ vrouw, Hera. Dit was een zeer jaloerse en krachtige godin, geen fijne combinatie voor de betrapte minnaressen. Hera hield het namelijk vaak niet bij het vernietigen van de minnaressen van haar man, maar bedacht straffen die veel erger waren.
Dit brengt ons bij het verhaal van de arme prachtige Libische koningin Lamia. Toen Hera erachter kwam dat Lamia een affaire had met haar man, veranderde ze haar in een gruwelijk wezen met een verlangen om kinderen te verslinden, zelfs haar eigen kinderen.
Aktaion – verandert in een hert en verscheurt door zijn honden
Aktaion was een voortreffelijke jager. Op een dag, tijdens de jacht met zijn vijftig honden in het Gargaphië-dal nabij de stad Orchomenos, werd hij overvallen door dorst. Hij boog zich over een beekje in het dal om te drinken, toen hij plotseling de jachtgodin Artemis zag. Zij was, samen met enkele nimfen, naakt aan het baden in de bron waaruit de rivier ontsprong. Aktaion bleef verstijfd staan, geboeid door de schoonheid van de maagdelijke godin.
Geïrriteerd omdat hij haar bespioneerde, veranderde Artemis hem in een hert. Terwijl de ongelukkige jager zich bewust werd van zijn lot, merkten zijn honden hem op. Ze herkenden hun meester niet en zetten de achtervolging in. Aktaion probeerde te vluchten, maar werd al snel ingehaald en verscheurd.
Sisyphos – En gigantisch rotsblok voor altijd een heuvel op duwen
Sisyphos was berucht om zijn sluwheid en bedrog. Zijn grootste misdaad was het misleiden van Thanatos, de god van de dood, waardoor hij tijdelijk de dood zelf kon ontlopen. Deze daad van hoogmoed en het trotseren van de natuurlijke orde wekte de woede van de goden, met name Zeus.
Als straf voor zijn overmoed en het constant tarten van de goden werd Sisyphos veroordeeld tot een eeuwige en zinloze taak in de onderwereld. Hij moest een enorme rotsblok een steile heuvel opduwen. Echter, elke keer als hij bijna de top bereikte, ontglipte de rots uit zijn handen en rolde het weer helemaal terug naar beneden. Sisyphos moest dan weer van voren af aan beginnen, voor eeuwig gekweld door een taak die nooit voltooid kon worden.
Deze straf symboliseert de ultieme zinloosheid en de eindeloze cyclus van frustratie. Het verhaal van Sisyphos is zo emblematisch geworden voor nutteloze inspanningen dat het de term ‘Sisyfusarbeid’ heeft geïnspireerd, wat verwijst naar een eindeloze en vruchteloze taak.
Pasiphaë – een onbedwingbaar verlangen om te paren met een stier.
Minos moest elk jaar “de mooiste stier uit zijn kudde” offeren aan Poseidon. Op een jaar werd er een uitzonderlijk mooie stier geboren, maar Minos weigerde deze te offeren en offerde in plaats daarvan een minderwaardige stier. Als straf vervloekte Poseidon zijn vrouw Pasiphaë met een onbedwingbaar verlangen naar de witte, prachtige stier.
Uiteindelijk wendde Pasiphaë zich tot Daedalus en vroeg hem haar te helpen om met de stier te paren. Daedalus maakte een holle houten koe, bedekt met echte koeienhuid, zo realistisch dat het de Kretenzische Stier bedroog. Pasiphaë kroop in de constructie, waardoor de stier met haar kon paren. Pasiphaë raakte zwanger en beviel van een wezen dat half mens, half stier was en uitsluitend leefde van mensenvlees. Het kind werd Asterius genoemd, naar de vorige koning, maar werd algemeen bekend als de Minotaurus (“de stier van Minos”).
Marsyas – Levend gevild en in een rivier veranderd
De godin Athena had een fluit uitgevonden, maar weer weggegooid. Zij verwierp en vervloekte het, omdat haar gezicht een onaantrekkelijke uitdrukking kreeg tijdens het spelen. Marsyas vond het instrument en werd er bedreven in. Zo zelfverzekerd over zijn muzikale talenten daagde hij Apollo, de god van de muziek die de lier bespeelde, uit voor een duel. Apollo accepteerde de uitdaging onder de voorwaarde dat de winnaar vrij spel had met de verliezer.
Apollo zegevierde uiteindelijk doordat hij zijn lier ook ondersteboven kon bespelen, iets wat Marsyas niet kon. Overeenkomstig de afspraak mocht Apollo doen wat hij wilde met de satyr: hij bond Marsyas aan een boom en vilde hem levend.
Cassandra – Apollo gaf haar de gave van profetie, maar liet niemand haar geloven
Cassandra was een prinses van Troje, de dochter van koning Priamus en koningin Hecuba. Haar verhaal is een van de meest tragische in de Griekse mythologie. Cassandra werd gezegend met de gave van profetie door de Griekse God Apollo. Echter, toen ze zijn romantische avances afwees, vervloekte Apollo haar op een wrede manier: hoewel ze de gave van profetie zou behouden, zou niemand haar voorspellingen geloven.
Deze vloek leidde tot een leven vol ellende voor Cassandra. Haar waarschuwingen over de val van Troje, inclusief de beroemde waarschuwing over het Trojaanse Paard, werden genegeerd of in twijfel getrokken door haar mede-Trojanen. Haar gave werd een bron van wanhoop, omdat ze de naderende rampen zag maar machteloos was om deze te voorkomen.
Na de val van Troje werd Cassandra gevangengenomen door Agamemnon en meegenomen naar Mycene als zijn concubine. Haar tragische lot eindigde toen ze samen met Agamemnon werd vermoord door Clytemnestra, de vrouw van Agamemnon, en haar minnaar Aegisthus.
Io – verandert in een koe en achtervolgd door een steekvlieg
Io, een priesteres van Hera, viel ten prooi aan de liefde van Zeus. Toen Hera, Zeus’ jaloerse echtgenote, achter hun affaire kwam, veranderde Zeus Io in een witte koe om haar te verbergen. Hera, die niet voor de gek gehouden kon worden, vroeg Zeus om de koe als geschenk. Zeus, met tegenzin, stemde toe.
Maar het verhaal van Io eindigde daar niet. Zeus probeerde haar stiekem terug te halen, maar Hera, woedend over de list, stuurde een horzel om Io te achtervolgen. De vlieg stak haar voortdurend en joeg haar de hele wereld over, waardoor ze geen moment rust kreeg. Io’s reis bracht haar door vele landen en avonturen, waarbij ze uiteindelijk de Bosporus (‘koe-oversteek’) overstak, wat naar haar vernoemd werd. Uiteindelijk smeekte Io de goden om genade, en Zeus greep in om haar terug te veranderen in haar menselijke vorm. Ze beviel van Zeus’ zoon, Epaphus, en vond uiteindelijk rust na haar lange en pijnlijke beproeving.