Natuurlijk zijn er veel meer dan slechts tien uitvinders die onze cultuur en samenleving hebben gemaakt tot was ze nu is. Het begon allemaal met het wiel, of met taal, of misschien met de eerste aapachtige die op twee voeten ging lopen. Waar het allemaal precies begon is eigenlijk moeilijk te zeggen. Waar we wel iets over kunnen vertellen, is de uitvinders van zeer specifieke veelgebruikte uitvindingen, fenomenen of machinaties. De hieronder genoemde uitvinders hebben allemaal een ding gemeen, ze hebben allemaal bijgedragen aan de comfort die wij tegenwoordig mogen ervaren. Waar zouden we tegenwoordig zijn zonder een computer, elektriciteit en vliegtuigen!? Precies, niet veel verder dan de middeleeuwen…
10. Thomas Edison – de videocamera en het gloeilampje
Thomas Edison werd geboren op elf februari 1847 in Milan, Ohio. Hij was de jongste van zeven, en nooit een ster op school. Hij kreeg slechts drie maanden officieel les, en wist in die drie maanden het bloed onder de nagels te trekken van de leraar, doordat hij altijd vragen stelde en nooit deed wat hem gevraagd werd. Hij wist zijn eigen genialiteit voornamelijk te genereren door zelf veel te lezen. Zo las hij op twaalf jarige leeftijd de traktaten van Sir Isaac Newton. En niet alleen las hij dit werk, hij was er bovendien van overtuigd dat het overbodig complex was, en dat hij het simpeler kon maken.
Via een aantal knullige bijbaantjes wist hij geld bijeen te sparen om een chemie-set te bekostigen. Hiermee ging Edison pas echt aan de slag. Een ander gelukje kwam hem ook ten goede, nadat hij een jongetje van een zekere aanvaring met een stoomlocomotief had weten te redden, werd Edison door de dankbare vader een positie aangeboden als telegraaf operateur. Tijdens zijn werk experimenteerde hij ook voluit met zijn chemie kit (en blies daarmee eens een wagon op). Hij werd uiteraard ontslagen en kon zich derhalve 100 % op uitvindingen storten.
Zijn eerste patent werd in 1869 geregistreerd, voor een zogeheten stock ticker. In daaropvolgende jaren verkocht hij meer patenten en wist zo kapitaal bijeen te sparen om heuselijke experimenten te bekostigen. In 1877 ontwikkelde hij een fonograaf, een voorloper van de grammofoonplaat speler, op zijn beurt een voorloper van de cd-speler! Een jaar later lanceerde hij de eerste gloeilamp, samen met zijn medeontwerper William Joseph Hammer (die in de loop der jaren in de vergetelheid is geraakt). Voor zo’n gloeilamp was uiteraard elektriciteit nodig, en ook daar grossierde Edison in.
Een feitje is dat Edison nooit in zijn leven (en bewust) een wapen heeft ontwikkelt of eraan heeft bijgedragen. Hij was een fel voorstander van pacifisme en non-agressie. Hij stierf aan diabetes op 18 oktober 1931, op een respectabele 84-jarige leeftijd, en liet zes kinderen achter.
9. De gebroeders Wright – het vliegtuig
De gebroeders Wright waren Orville (1871 tot 1948) en Wilbur (1667 – 1912), en ze staan te boek als de uitvinders van het eerste vliegtuig dat niet zelf lichter was dan lucht (zoals een zeppelin dat is). Orville en Wilbur hadden twee oudere broers en een jongere zus, en hun vader was een bisschop, dus niets deed vermoeden dat juist deze twee wereldberoemd zouden worden, en de maatschappij een bijdrage leveren waar we nu allemaal immens veel plezier van hebben. Immers, wie wil er nou niet een vliegtochtje naar de Maldiven, inkopen doen in Manhattan of de outback van Australië ontdekken?
De Wrights werden door hun vader bemoedigd om zoveel mogelijk te lezen en creatief te zijn, en dit wierp vruchten af. Met een kleine helikopter als geschenk van pa werd de passie in Wilbur en Orville aangewakkerd. In 1889 vonden ze als eerste (men moet klein beginnen) een nieuwe printpers uit, die veel sneller nieuwsbladen kon afdrukken. Drie jaar later, in 1892, openden ze een fietsenhandel en verdienden zo wat extra centjes. Het was tijd voor het echte werk.
Er was die tijd veel interesse in de vlucht, maar de meeste uitvinders richtten zich voornamelijk op motorloze machines. De Wrights wilden echter een motor onder zich hebben, en ontwikkelden dus de eerste vliegmachine in Kitty Hawk, Noord Carolina. En jawel, op 17 december 1903 nam de eerste historisch geregistreerde vliegtuig-vlucht plaats, genaamd ‘The Flyer’. Deze eerste vlucht bedroeg welgetelde twaalf seconden, en bracht de vliegmachine 37 meter ver, met ongeveer 11 kilometer per uur. Geen ijzingwekkende snelheden, dus. Maar het was al snel duidelijk dat meer gehaald kon worden, en de vierde vlucht duurde al ruim een minuut.
In 1909 demonstreerde Wilbur een vliegmachine aan een grote menigte door rondom het Vrijheidsbeeld te vliegen. In 33 minuten konden ruim een miljoen New Yorkers zien hoe de Wrights in de lucht zweefden. Helaas hadden ze moeite met het bemachtigen van een patent. Wilbur stierf in deze periode aan buiktyfus. Orville stierf pas vele jaren later, op 77-jarige leeftijd, aan een hartaanval. Geen van beide sneefde dus in de lucht. Noch trouwden ze, want, zo meende Wilbur, ze hadden geen tijd voor zowel een vrouw als een vliegtuig! Men moet immers prioriteiten stellen…
8. Benjamin Franklin – donder en bliksem
Benjamin Franklin was een Amerikaan die leefde van 17 januari 1706 (let op, destijds was Noord-Amerika nog niet een zelfstandig land) tot 17 april 1790, en werd dus 84 jaar. Hij kwam uit een arm gezin en had 17 boers en zussen (zijn vader had daar in totaal twee vrouwen voor nodig gehad). Hij groeide op in de familiezaak, kaarsenmaker, en zijn broers print-winkel. Net als voorgaande uitvinders, echter, was Ben een fervent lezer, en las alles wat los en vast zat, van Sophocles tot moderne wetenschap. Daarnaast begon hij met schrijven van zijn eigen artikelen op zeer jonge leeftijd. Hij publiceerde onder een pseudoniem, en heeft dat zijn hele leven lang volgehouden. Pas na enkele publicaties bekende hij aan zijn vader dat hij ze had geschreven.
De iets weinig ondersteunende vader van Ben gaf hem een pak rammel voor zijn ongehoorzaamheid, en Benjamin zag dat als een reden om zijn gezin te verlaten en naar Philadelphia te verhuizen. Daar had hij succes als schrijver, hij wist zowel humoreske en satirisch te schrijven. Uiteraard riep dat ook zorg op bij de machthebbers, onder andere William Keith. In een meesterlijke strategische zet bood William de jonge Ben aan om hem een positie te gunnen in Engeland. Benjamin zag zijn kans schoon, en scheepte in. Eenmaal in Engeland, echter, liet William de jonge uitvinder in de steek.
Hij liet het er echter niet bij zitten, en vond desalniettemin een baan bij een uitgever. Hij stond daar bekent als de water-Amerikaan, omdat hij water dronk in plaats van het normale bier. Het werd een leuke ervaring, maar toch keerde hij terug naar Philadelphia toen hij de kans ertoe kreeg, in 1726.
Als hobbyist vond Benjamin een aantal belangrijke dingen uit. Zo vond hij uit, door middel van een vlieger met een sleutel aan het harnas gebonden, dat elektriciteit en bliksem een en dezelfde zaak zijn. Hij vond een urine katheder uit, een glazen harmonica, bifocale brilglazen en tot slot, de Franklin stove, een mechanisme voor distributie van warmte door een kamer.
Op latere leeftijd werd Benjamin een grote speler in het politieke veld, en was onder andere een van de meest belangrijke personages in de onafhankelijkheidsoorlog tussen de Verenigde staten en Engeland. En dan nog een laatst klein feitje: in tegenstelling tot de meeste debaters van tegenwoordig, was ook Ben een grote spreker, maar gaf zelden toe aan agressieve confrontaties en veroordeling. Hij nam liever deel door lastige vragen te stellen, en de tegenstander in zijn eigen valkuilen te laten vallen!
7. Nikola Tesla – elektriciteit en transformatoren
foto:Wellcome blog post (archive).
Nikola Tesla werd geboren op 10 juli, 1856, en was van Servische afkomst, maar werd geboren in Oostenrijk. Hij was een goede student en ging netjes naar de polytechnische universiteit in Graz, hoewel hij later zijn studie weer onderbrak om te gaan werken in Marburg, Slovenië. Hij had, volgens de verhalen, een ietwat moeilijk temperament, en leed onder andere aan een zenuwinzinking.
Nikola had dikwijls ‘last’ van lichtflitsen (vermoedelijk een vorm van Migraine) en als gevolg hiervan meende hij allerlei mechanische en technische uitvindingen te zien. Die openbaringen kon hij vervolgens ook in werkelijkheid maken, en dat deed hij dan ook. Hij schreef daarbij zelden iets op, werkte enkel vanuit zijn visuele geheugen. In 1882 hielp hij mee aan zijn eerste uitvinding: een versterker voor de telefoon-signalen. In 1882 ging hij in Parijs werken voor de Continentale Edison Organisatie (raad eens wie dat bedrijf onder zijn vleugels had!). Twee jaar later verhuisde hij naar de Verenigde staten, en ging daar bij de echte Edison werken. Hij mocht daar het elektrische systeem verbeteren, en was, volgens zijn eigen zeggen, 50.000 dollar beloofd als het hem lukte. Hij kreeg echter dit geld niet toen hij zijn taak had volbracht, en dit bracht Edison en Tesla een minder vriendelijke relatieverhouding.
In 1886 startte Tesla derhalve zijn eigen bedrijf, maar het was niet echt een denderend succes. In 1887 ging hij aan de slag met x-rays, röntgenstraling, en werd zich bewust van de bijwerkingen van deze straling. Dit, echter, is een veel minder bekend deel van zijn onderzoek, helaas, want het had een hoop leed kunnen voorkomen.
In latere decennia kon Tesla eindelijk bewijzen dat zijn AC stroom (in tegenstelling tot de DC stroom die Edison gebruikte) ook nuttig was. Beter zelfs. Hij vond daarnaast fluorescerende lampen uit, en hoewel de eer naar G. Marconi ging, was Tesla ervan overtuigd dat hij ook de radio had uitgevonden. Een uitvinding die wel degelijk op zijn naam is komen staan is de zogeheten ‘teslatransformateur’.
Hij was dus zowel excentriek als geniaal, maar helaas geen verkoopman, zoals Edison dat was. Hij hield er vreemde gewoonten op na en had een obsessieve compulsieve tic die men voorzichtig maakte rondom hem. Hij sliep slechts twee uur per dag en at altijd alleen. Hij was vegetariër en leefde van melk, brood, honing en groentesap. Het was blijkbaar een gezond dieet want hij werd er 86 mee, en stierf op 7 januari 1943.. Hij was in alle gebieden zijn tijd ver voorbij!
6. Charles Babbage – Vadertje computer
Charles Babbage werd geboren in Londen, in 1791, op 26 december, tweede kerstdag. Hij werd geboren in een goede familie, en had een variëteit aan persoonlijke leraren en scholen ter beschikking in zijn jeugd. Genoeg kans om zijn passie voor wiskunde te ontwikkelen, dus. Al in 1810, op 19 jarige leeftijd, werd hij toegelaten tot het beroemde Trinity College in Cambridge.
Eenmaal daar werd hij teleurgesteld in het niveau van de wiskunde, en vond dat daar verbetering in moest komen. Met name zijn idee om berekeningen te kunnen bewerkstelligen met een machine, kwamen tot bloei in deze periode. In 1822 begon hij zijn levenswerk, de ‘verschil-machine’, een machine die calculaties kon berekenen. Zoals veel van zijn uitvindingen werd ook deze nooit volledig tot stand gebracht. Hij werd vooral tegengehouden door het feit dat de geldschieters al gauw het nut van zo’n machine uit het oog verloren. Babbage was namelijk niet de beste verkoper, en hij was vaak niet erg beleefd naar de ‘juiste’ mensen.
In 1991 werd de verschilmachine, zoals die was bedoeld in Babbage’s eigen schetsen, nagebouwd, en hij werkte. Eveneens een printer naar zijn ontwerp. Het waren mechanische machinaties, in tegenstelling tot onze tegenwoordige elektrische computers, maar in vele andere opzichten was Babbage’s machine een echte ‘computer’.
Overigens werd Babbage een ridderschap aangeboden, maar wees hij dit af. Hij hield namelijk niet van zulke onzin. Hij huwde (eindelijk een uitvinder die wel huwde) met Georgiana Whitmore in 1814, en samen kregen ze maar liefst 8 kinderen, waarvan er slechts vier de jeugdjaren overleefde. Hij werd 79 jaar, en stierf in 1871.
5. James Watt – stoom (af)blazen
James Watt werd geboren op 18 januari 1736, en van zijn jonge jaren weten we eigenlijk weinig af. Hij werd geboren in Greenock, Schotland, en was in zijn jonge jaren een producent van mathematische meetinstrumenten. In zijn tijd bestonden stoommachines al wel, maar het waren niet altijd de meest efficiënte machines. In 1764 werkte James aan zo’n machinatie, en bedacht dat hij het ding niet alleen kon repareren, maar ook verbeteren. Hij vond een manier uit waarmee de stoom in een afzonderlijke kamer kon worden gecondenseerd, in plaats van rondom de piston. In 1775 had hij een werkend model weten creëren (ruim elf jaar nadat het idee in hem daagde, James was een volhardend individu!). Hij vroeg er een patent op, kreeg dit, en wist een Alliance te beginnen met Matthew Boulton, een minder geniale, maar veel succesvollere zakenman. Boulton & Watt vormden zo een succesvol bedrijf dat de vernieuwde stoommachine verhuurde. Naarmate de tijd verstreek, maakte James meer en meer verbeteringen aan zijn eigen ontwerp aan, en het bedrijf bleef een daverend succes.
James verdiende een kapitaal, stelde zijn oude dag veilig, en ging met de vut. Op 25 augustus 1891 stierf hij, op 83 jarige leeftijd.
4. Alexander Bell – een belletje plegen
Alexander Graham Bell werd geboren in 1847, in Schotland, Edinburgh. Al vanaf jongs af aan was Bell geïnteresseerd in akoestiek en het gesproken woord. Wellicht vond deze interesse zijn bron in het feit dat zijn moeder doof was, wellicht niet. Hoe het ook is, Bell heeft, naast zijn meest beroemde uitvinding, ook veel bijgedragen aan onderzoek en oplossingen voor doven.
Op 23-jarige leeftijd verliet de jonge Bell zijn vaderland om naar Canada te verhuizen (wat verfrissend dat voor één keer iemand niet naar de Verenigde Staten verhuisde!). Hier ontwikkelde hij een leermethode voor doven, en drie jaar later werd hij al als professor van vocale fysiologie aangesteld, aan de Boston Universiteit. Professor op 26-jarige leeftijd, dat is niet niks! En hij was net pas begonnen. Want weer drie jaar later, in 1876, vroeg hij al het patent aan op zijn wereldberoemde uitvinding, de eerste telefoon. Hij had die volgens zijn eigen zeggen in samenwerking met Thomas Watson gebouwd, ‘als hobby’ in de avonduren.
Zodoende werd de derde augustus 1876 het allereerste telefoongesprek gepleegd, tussen personen die 6 kilometer van elkaar verwijderd waren (op een ter plekke gefabriceerd telefoon-lijntje). Wat zei Bell? Het waren niet bepaald heldhaftige woorden, helaas. Bell sprak over zijn telefoon “Mr. Watson, kom hier, ik wil je zien”. Tja
In 1876 kocht het ‘Bell bedrijf’ Edisons patent voor carbon microfoon op, en zodoende kon de massa productie aan de slag. Minder dan tien jaar later hadden ruim 150.000 mensen in de verenigde staten een telefoon in huis. Grappig is dat Bell zelf niet veel goeds zag in zijn uitvinding. Hij vond het ding maar afleidend, en had de machine dan ook verbannen uit zijn kantoor.
Helaas stierf deze pientere uitvinder aan bloedarmoede op de tweede augustus, 1922. Hij stierf in zijn eigen vertrouwde vaderland Schotland, op zijn schotse villa Beinn Bhreagh.
3. Leonardo Da Vinci – de man die van alle markten thuis was
Ooit al eens van een Renaissance-man gehoord? Zo’n man (of vrouw) is een persoon die van alle markten thuis is. Tegenwoordige wiskundige specialisten, astronomen, of literaire helden zijn vaak zeer gespecialiseerd, en uitmuntend in één ding (soms twee), maar zelden zoveel als bijvoorbeeld Leonardo Da Vinci. Hij was een duizendpoot, schroomde niet om zowel kunst als techniek als wetenschap te bewerkstelligen, en allemaal min of meer in dezelfde tijdspanne!
Leonardo was een buitenhuwelijkse nazaat van een Florentijnse edelman, en een boerin, en werd geboren in het jaar 1452. Hij had, vermoedelijk van zijn moeder afkomstig, een voorliefde voor natuur, en bestudeerde deze dan ook nauwkeurig voor zijn uitvindingen, en kunst. Al op jonge leeftijd, (14 jaar!) ging hij in Florence wonen en werkte daar in het atelier van de kunstenaar Verrocchio. Hij werd echter al gauw beter dan de Meester zelf, en hij verwierf een reputatie.
In 1482, op dertig jarige leeftijd, verscheen hij aan het hof van Ludovico Sforza, en onder diens aegis ging hij door met schilderen, maar ook met het onderzoeken van de menselijke anatomie (door lijken te ontleden) en techniek. Van al zijn studies hebben we notities, door zijn eigen (linker)hand geschreven, hoewel het lezen ervan lastig kan zijn, want hij schreef alles in spiegelschrift. Hij schetste ook complexe tekeningen en plattegronden van machines die de lucht in zouden moeten. Hij bestudeerde daar nauwkeurig de vleugelbeweging van vogels voor. Zijn ontwerp werd nooit tijdens zijn eigen leven op de proef gesteld, maar het bleek wel de blauwdruk te zijn voor de veel later uitgevonden helikopter.
Daarnaast was hij nog een medicus, en was de eerste die uitvond hoe bloed door het lichaam stroomt. Zijn leven naderde het einde toen hij in 1513 naar Rome trok om voor de Paus te werken. In 1515 werd hij hier echter te oud voor (63-jarige leeftijd was heel wat, die tijd), en trok hij zich terug op het platteland, in een kasteel neer Amboise. Hier verbleef hij zijn laatste levensjaren, en stierf in 1519.
Eerder schreven we al over de uitvindingen van Leonardo Da Vinci
2. Galileo – en toch beweegt ze
Galileo Galilei werd geboren in 1564, minder dan 50 jaar na Leonardo, te Florence. Hij kwam uit een arme, maar adellijke familie, en vertoonde al vanaf jongs af aan een uitzonderlijke intelligentie. Zijn ouders zagen dit en noopten hem tot een medische carrière. Helaas, Galileo had andere plannen. Aan de Universiteit van Pisa besloot hij van richting te veranderen, namelijk astronomie. Hij bestudeerde derhalve mathematiek en werd hier al gauw professor in. Hij was een zeer constant man, en bleef dit professorschap behouden voor ruim achttien jaar. Hij onderzocht in deze periode onder andere zwaartekracht, de inertie van massa en ontwikkelde de voorloper van de thermometer. Ook was hij veel bezig met bewegingsenergie. Maar we kennen Galileo voornamelijk vanwege zijn bijdrage aan de astronomie.
Hij streefde het idee van een heliocentrische universum erop na, hetgeen betekent ‘zon’ (helio) ‘in het midden’ (centrisme). Het was simpelweg het geloof dat de zon niet om de aarde draaide, maar andersom, de aarde om de zon. Dit klinkt simpel in onze oren, maar het was een revolutionair standpunt toentertijd, en het ging bovendien recht tegen de leer van de Kerk in. Slecht idee…
Hij was niet de enige met deze ideeën, overigens. Andere wetenschappers, Johannes Kepler en Copernicus bijvoorbeeld, deelden zijn visie. Maar Galilei wist het te bevestigen, door een telescoop uit te vinden, en de hemel zodoende af te speuren. Hij vond zo onder andere dat Saturnus prachtige rots ringen rondom zich heeft cirkelen, dat de maan niet glad is van oppervlak, maar heel erg pokdalig, en dat Jupiter vele manen heeft, die op hun beurt rond Jupiter cirkelen, niet rondom de zon, zoals alle planeten dat doen.
Hij was zich ervan bewust dat publicatie over zo’n idee een ketterpraktijk was, maar hij beschouwde desalniettemin geen noodzaak om ‘in een god te geloven die ons met rede en intellect heeft geschapen, maar ons ontkent dit te gebruiken’. De kerk ondernam echter drastische maatregelen. Eerst werden zijn lessen verboden, en al gauw werd Galileo zelf gearresteerd, en gevangen gehouden. Hij werd van ketterij veroordeeld en werd gedwongen (en in die tijd konden ze heel erg ‘overtuigend’ zijn) zijn opmerkingen terug te nemen. Hij deed dit, maar bleef desalniettemin de rest van zijn leven onder huisarrest.
Naast heliocentrisme, heeft Galileo ons ook modellen van het kompas geleverd, en van de thermometer. Zijn bijdrage lag hem voornamelijk in de verbetering. In 1642 stierf hij, op 78-jarige leeftijd.
1. Tim Berners Lee – de moderne tijd
foto: Paul Clark / wikicommons
Tim Berners Lee, een onbekende naam wellicht? Ik vermoed dat alle bovenstaande namen je bekend in de oren klonken, maar deze wellicht niet. Echter, Tim Berners Lee heeft desalniettemin een van de belangrijkste uitvindingen ooit op zijn geweten. Min of meer aan hem hebben we te danken dat we dit artikel met jullie kunnen delen!
Tim is namelijk een computer-wetenschapper die het Wereldwijde web (WWW) heeft uitgevonden. Hij ontwierp het systeem van gelinkte ‘web’ pagina’s, en is tegenwoordig een van de directeurs van het W3C, het wereldwijde web consortium, een instelling die over de hele wereld internet controleert.
Op 8 juni 1955 werd hij geboren in London, Engeland. Hij ging onder andere naar de Oxford Universiteit, en kreeg in eerste instantie een ‘leuk baantje’ bij een uitgever, in Plessey Poole. Daarna werkte hij voor een bedrijf in CERN, in Zwitserland, en voor deze rol moest hij veel overleggen met wetenschappers in verschillende geografische locaties. Langzaam en vermoeiend, zelfs met telefonie, vond hij. En dus vond hij het Internet uit.
Let op, het ‘internet’ is dus iets dat we al vanaf 1960 hebben, hoewel absoluut niet in de vorm die het nu aanneemt. Pas in 1990 lanceerde Tim samen met Robert Cailliau het wereldwijde web, het eerste algemeen toegankelijke globale netwerk van web pagina’s. in 1991 kram het ‘online’, en het webadres van de allereerste website was info.cern.ch.
Tim leeft overigens nog altijd, en is nog altijd even uitgesproken als altijd over vrijheid van meningsuiting en informatie. Geheel terecht ontving hij in 2011 de prijs ‘Man who changed the World’. Hij huwde tweemaal en heeft drie kinderen. Er is een heel boek geschreven over hem, dus als je meer wil weten, ga het gerust lezen.
67 reacties
De meest niet kloppende lijst van deze site
alle kliko’s en dixi’s op een rijtje
hou je bek je liegt
taalgebruik
hoe oud ben jij? een vijf jarige die stoer wil doen?!
Veel mensen moeten weten:
– Thomas Edison heeft de gloeilamp verbeterd Joseph Swan was de echte uitvinder.
– Otto Lilienthal was eerder klaar met een vliegtuig dus niet de wright brothers.
– Antonio Meucci was de echte uitvinder van de Telefoon maar kon geen patent aanvragen. Toen Bell dat wel lukte probeerde hij het patent terug te krijgen maar stierf hij.
– Galileo Galilei heeft niet de telescoop uitgevonden maar door Hans Lipperhey uit Nederland.
Verder ben ik het sowieso niet eens met deze lijst.
George Cayley was de uitvinder van het zweefvliegtuig. Otto Lienthal verbeterde het. En een zweegvliegtuig is officeel geen vliegtuig.
dixi
war dat wist ik niet
doe niet zo boos om een stomme lijist en als het niet waar is wrm rea je dan
Ben ik de enige die nobel en einstein mist?
Einstein is geen uitvinder, maar een wetenschapper. Nobel is vooral bekend vanwege de Nobelprijs.
nee
Nee
einstein
dat is geen uitvinder maar een wetenschapper
het is intresant voor een spreekbeurt
Of in ieder geval etien lenoir, hij maakte de eerste auto
En Karl Benz en Gottlieb Daimler van de auto dan?
Nicholaas-Johannus Cugnot vond de automobiel uit.
ik zocht voor ander informatie
top ik doe mijn uitdaging
;szjfdbgzslogfdnbz’xlcknhg’zslcxknh
adzn;hbzahsz
fgh
zsg;nhfzsf
dh;thgd
tgfg
tg
fidget spinner moet er in
🙂
😉
stom
en einstein dan die was ook heel erg goed we hebben dankzij hem de tv en nog veel meer zoals de dvdspeler
Er staat een foutje in. Bij de gebroeders Wright staat er dat Wilbur Wright geboren is in 1667 maar dit moet zijn 1867.
mooi om een werkstuk mee te maken
Plop
Bell vond te telfoon niet uit dat was muesi
maar hij heeft wel een deel daarvan uitgevonden hoor
Ik mis toch écht Michael Farraday!
Bell vond de telefoon niet uit dat was peter pannekoek voordat hij boodschappen ging doen
niet waar
Lijst is niet juist.
De engelsen zijn vol van plagiaat. Veel Nederlandse uitvindingen zijn geclaimed door engelsen.
Tim Berners Lee, de man die heeft het internet niet uitgevonden.. dat was een team van CERN, hij was de eerste die op de knop drukte. Storend en dit wordt dan ook geroepen op het introductie filmpje van de Olympische spelen.. zodat de hele wereld het geloofd.
Zo zou ook de trein zijn uitgevonden, terwijl de kolenmijnen dit al lang hadden.
wie dit leest is een nurt
echt niet
Ik kan me bijna niet voorstellen dat Wilbur Wright heeft geleefd van 1667 tot 1912
hoi ik ben heel erg dom
het waren best coole foto´s en ik weet nu heel veel dankjewel voor de gene die de wepsite heeft gemaakt
dan ku
nnnoooooooooooooooooob
top rg4r
top rg4rku hbn
vinted is ook een goede uitvinding:)
albert einstein is de beste albert einstein!!!!!!!
eeeeeee
waarom staat phillips niet eerste
van de gloeilamp
dubbelfrris is griepje lekkah
vindje van niet hou dan je bekkah
leuk
je oma is echt raar
ze stinkt naar pruimen sap oké laat haar
je oma stinkt naar pruimen sap bro
je moeder is lelijk
nee bro ze is echt tering lekker:>
notenpapier is wel lekker
je moeder is dik
aardbei schil kan je likken
manderijn is wel lekker met mostert
bannaan jam
appel poeder
je moeder
drink ice koffie panic attack
drink red bull gay
ik zuig appels
jo
Sukkels